In het harnas gestorven

‘Ik sta stil bij mijn verloofde Boy Ettema. Hij raakte tijdens zijn werk op de covid-afdeling besmet. Een aantal dagen later had hij hoge koorts en een saturatie van onder de 80 in het bloed. Toen zijn collega’s hem naar de ic brachten, was hij doodsbang. Hij had te veel patiënten zien sterven. Op 22 juni 2020 overleed Boy. Hij was 42 jaar. 

'Van zijn collega's mochten we waardig afscheid nemen'

We hebben elkaar leren kennen tijdens ons werk in het St. Antonius Ziekenhuis en werden verliefd op elkaar. Boy had een grote lach en was altijd lief voor patiënten. Als ik een dienst van hem overnam, vroegen ze: ‘Is die vriendelijke broeder er morgen weer?’ 

We zouden in augustus 2020 trouwen, maar toen kwam covid. We werden allebei op de covid-unit geplaatst en maakten de hele ontwikkeling samen mee. Op een dag kwam hij thuis en zei: ‘Ik ben besmet.’ Ik antwoordde nog: ‘Doe niet zo gek.’ Maar twee dagen later had hij hoge koorts. Daarna ging het heel snel en ruim een week later lag hij op de ic en werd hij geïntubeerd. Hij moest aan de beademing. 

Om 4 uur ’s nachts werd ik gebeld: ‘Je moet komen, want het gaat helemaal niet goed met Boy.’ Hij had een hersenbloeding gekregen. De staat van zijn hersenen was niet meer met het leven verenigbaar. Bij hoge uitzondering en volledig ingepakt mochten zijn ouders, broer en vrienden bij hem zijn. Ook iedereen van de ic was er. Dat was echt heel fijn. Toen de apparaten uitgingen, speelde een collega een rocknummer op zijn gitaar. 

Grenzen zoeken voor menselijkheid

Mijn collega’s hebben mij de gelegenheid gegeven om waardig afscheid te nemen van Boy. Daar ben ik ze heel dankbaar voor. Na zijn dood, toen ik weer aan het werk ging, wilde ik dat stukje menselijkheid ook aan andere patiënten geven. We zochten de grenzen op om ervoor te zorgen dat familieleden bij hun naaste konden zijn of konden videobellen. Want niet de geliefden, maar wij als verzorgenden waren vaak de laatste mensen die een stervende zag. We stonden machteloos aan het bed als iemand overleed. Vaak hielden we elkaar daarna vast, met tranen op onze wangen en met de vraag: waarom is het zo oneerlijk? 

Boy was heel geliefd in het ziekenhuis. Op de afdeling hangen foto’s van Boy en er is een herdenkingshoekje ingericht, met Boy’s foto en een paar zakjes sambal. Daar was hij gek op. Dat plekje wordt gekoesterd.’ 

Op een dag kwam hij thuis en zei: ‘Ik ben besmet.'

Verteller Lizahn Weideman met Boy
Lizahn en Boy

Verteller

Lizahn Weideman (34 jaar)
Verloofde van Boy Ettema
Verpleegkundige

Lizahn vertelt verder. Luister hieronder mee.

In het harnas gestorven

Dit zijn dingen die je nooit
meer van je netvlies zal krijgen.
Mensen die binnenkomen en ook letterlijk
weer met een uur
naar buiten gaan op een manier
wat je niet wilt dat ze naar buiten gaan.
Het was geen mooi gezicht. Nee.
Ik weet nog de eerste dag
Toen was het gewoon nog een normale afdeling
en ik kwam net binnen met mijn dienst.
Mijn leidinggevende belde me op
en zij zei 'jij moet nu een afdeling klaarmaken,
want de eerste COVID patiënt komt eraan.'
Ik zei tegen haar ik heb geen idee
wat ik moet doen. Wat moeten we?
Wat wil je dat we doen?
Ze zei ik weet het ook niet, maar
probeer zoveel...
...mogelijk dingen af te schermen
en probeer je
zoveel mogelijk voor
je eigen veiligheid te kiezen.
Maar we moeten deze mensen helpen.
En deze mensen werden naar binnen
gereden en je
weet niet wat je ziet.
En je maakte een rondje en je was
nog niet bij
de laatste patiënt en de eerste
patiënt kon je weer naar buiten rijden. Dood. Ja.
Ja. Helaas.
Onze afdeling lag binnen een half
uur vol en wij
waren letterlijk de eerste en de
laatste mensen die ze zagen.
Ik kan me nog heel goed herinneren
hoe vaak ik
een arts moest opbellen voor de
IC om te zeggen
deze patiënt gaat het niet redden,
hij moet naar
de IC om geïntubeerd te worden,
want op de...
...afdeling konden we niet intuberen.
En dat de arts tegen mij zei 'je
moet het proberen te te rekken, want we hebben geen plek'.
Je kan het je zo gek niet bedenken.
Dit was een soort apocalypse eigenlijk
van wat...
...binnenkwam en wat naar buiten
ging.
Wij zijn...
de enige op dat moment die zowel
de patiënt zelf...
...zag als de uitslagen die binnenkwamen.
En je zag de achteruitgang van
patiënten binnen
een mum van tijd en je weet heel
goed waar het naartoe gaat. Ja,
Ja, en ik kan me nog zo goed herinneren
dat mensen...
...zeiden van de angst is groter
dan de ziekte zelf.
En dat was het niet. De angst was
reëel.
Je leeft in zo'n andere wereld
op dat moment.
Er gaat een knop in je om en
je probeert te doen wat je moet doen.
En dat is de mensen helpen.
Zo een gek ziektebeeld dat je...
Je wist het eigenlijk gewoon niet.
En wat het met je zelf doet als
je thuiskomt,
dan ga je die de hele film weer
opnieuw afspelen
in je hoofd en je weet dat je er
morgen weer naar
toe moet en je hebt geen idee wat
je moet doen.
Maar toch sta je weer met elke dienst een collega
vast te houden met tranen over
je wangen.
Ik werkte het samen met Boy. Ja.
En we hadden hier 's avonds een gesprek
gehad van hoe moeten wij dit doen? We hadden allebei geen idee.
We hadden echt allebei helemaal
geen idee.
We proberen er te zijn voor 
de angst van de mensen die daar lagen.
De angst van hun families van de
telefoon stonden ook rood. En wat moet je zeggen?
We hebben hier ook vaak zitten
huilen met z'n tweeën.
Ja, na een dienst.
We hebben heel veel diensten samen
gedraaid.
En dan kom je thuis en je bent helemaal
verslagen.
Dat je geen idee hebt wat je moet
zeggen.
En toen gebeurde...
Nou ja, wat je je niet kon voorstellen
hoe het zou gebeuren.
Ik had vrij
en hij had dagdienst.
en hij kwam terug.
En hij zei tegen mij.
'Volgens mij ben ik besmet geraakt.'
En ik zei tegen hem 'Nee, dat doe
niet zo gek, dat mag je niet zeggen.'
En hij zei tegen mij 'Ik denk het
echt'. En drie dagen later was het raak. Toen was hij zo ziek.
Hij kon niet van boven naar beneden
komen. Het ging zo rap. Het ging echt heel snel. Hoge koorts.
Hij kon niet meer volle zinnen
praten. Ja, voordat
ik het wist lag hij in het ziekenhuis
en een dag later lag hij op IC.
Hij was bang. Ik was bang.
Ik werd vanaf Boy z'n telefoon ge
videobelt en
de anesthesist die zag ik meteen
toen ik opnam...
...en die zei tegen mij van hij
redt het niet meer,
we moeten nu gaan intuberen.
En toen vroeg ik nog mag ik alsjeblieft
langskomen?
Ik wil 'm nog heel even...
Ik wil 'm nog heel even spreken voordat
hij gaat slapen.
En die tijd had ik niet.
Dit moest meteen gebeuren.
En dat was de laatste keer, dus
dat ik 'm...
Bij bewustzijn zag.
Ja en dan zie je je geliefde op
de IC liggen, wat je niet kon voorstellen,
want we zouden hier doorheen knokken
met z'n tweeën.
En nu sta je alleen.
Het is...
In juni was het drie jaar.
20 juni 2020.
was het gebeurd.
Nee, de pijn slijt niet.
Wordt het anders? Ja,
want je leert ermee omgaan.
Maar of het slijt? Nee, het zal
nooit slijten.
Het is het iedere dag nog steeds
waard.
Ik zou niks anders willen doen.
Echt niet.
Nee, integendeel.
Wat met Boy gebeurd is,
neem ik iedere dag mee.
En je doet altijd al je best.
Maar nu meer.
Omdat ik zag wat hij voor mensen
betekende. En dat was zo mooi.
Dus ik neem.
Ik probeer het iedere dag in mijn
werk mee te...
...nemen om dat ook voor iemand
te kunnen betekenen.
Ik ben heel trots op hem. Ja, tot
de laatste dag
heeft hij echt zijn best gedaan.